Term Verklaring (zover ons bekend)

Driewegklep

Een elektrisch bedienbare klep die het verwarmde water uit de brander door de boiler dan wel door de radiatoren laat lopen. Een Blauwe Engel is verkrijgbaar in drie uitvoeringen:

  • Zonder tapwatervoorziening (warm water)
  • Met boiler voor tapwater
  • Met warmtewisselaar voor tapwater

De toevoeging "T" in het artikelnummer van de Blauwe Engel staat voor tapwatervoorziening (op basis van een boiler). Blauwe Engel's met de artikelnummers zonder toevoeging "T" zoals de S-HR19, S-HR24 en S-HR35 hebben dus geen ingebouwde boiler en beschikken dus ook niet over een driewegklep. Deze modellen kunnen echter wel voorzien worden van een externe boiler (met de typenummers CBV60, CBH60, CBV110 of CBH110) en zijn dan weer wel voorzien van een driewegklep. De S-HR24T heeft een klep (type VC2010) die maar twee standen kent. De klep staat normaal gesproken in de CV stand. Als de watertemperatuur in de boiler te ver daalt zal de klep in de boilerstand worden gezet en zal de brander de boiler op temperatuur brengen en/of houden. De S-HR35T heeft een modulerende driewegklep (type VC6940). Deze is in staat om simultaan de boiler als de radiatoren van verwarmd water te voorzien.

GJ of Giga Joule

Een eenheid van energie. Letterlijk: Giga betekent Miljard, dat is 1.000.000.000. Een Giga Joule is dus 1.000.000.000 Joule. Voor het verwarmen van één liter water waarbij de temperatuur één graden stijgt is 4200 Joule benodigd. Een kubieke meter aardgas levert ongeveer 35 à 36,3 Mega Joule aan energie. Je kan dus met 1 m3 aardgas 35.000.000 / 4200 = 8333 liter water 1 graad Celsius warmer maken.

Gradiënt snelheid

Hiermee wordt aangegeven hoe snel de watertemperatuur van de radiatoren per minuut mag stijgen. Een hoge waarde zorgt er dus voor dat de temperatuur in de radiatoren snel zal stijgen en in de leidingen wat weer leidt tot sneller tikken.

K factor

Zie Stooklijn.

Schakeldifferentie

Dit geeft de marge aan van de maximale CV watertemperatuur afwijking. Stel de ingestelde schakeldifferentie is 5 graden en dat de watertemperatuur 60° C zou moeten zijn. De brander in de ketel zal afslaan wanneer de watertemperatuur een waarde bereikt heeft van 60° C. Wanneer de temperatuur daarna daalt tot 55° C (60-5) dan zal de brander weer aangaan.

De watertemperatuur wordt bepaald door de stooklijn en wordt hooguit beperkt tot een eventueel ingestelde maximum watertemperatuur. Een kleine waarde laat de brander frequenter aanslaan. Een grote waarde zorgt dus voor een grotere temperatuurvariatie in de radiatoren en zal dus wellicht wat "tikken" veroorzaken. Wij denken dat het rendement iets naar beneden gaat wanneer deze waarde laag gehouden wordt. De ketel moet vaker aanslaan en dat kost naar onze mening een (heel klein) beetje extra gas.

Stooklijn

Dit is een waarde die bepaalt bij welke buitentemperatuur welke (radiator) watertemperatuur gehanteerd zal worden om in de huiskamer de ingestelde temperatuur te bereiken. Bij een lagere buitentemperatuur zal de watertemperatuur hoger zijn (en andersom). Dat ligt voor de hand. Als het buiten kouder is zal sprake zijn van een groter energieverlies (van binnen naar buiten) dan dat het buiten warmer is. Dit grotere verlies moet worden gecompenseerd door een grotere toevoer van energie per tijdseenheid vanuit de brander. De enige mogelijkheid voor de brander om dit doel te bereiken is door de watertemperatuur te verhogen. Overigens zijn er verschillende stooklijnen (K-factoren) beschikbaar. Wanneer de installatie veel verwarmend oppervlak bezit, wanneer er dus veel en grote radiatoren beschikbaar zijn, hoeft de watertemperatuur niet zo hoog te zijn omdat deze radiatoren in staat zijn reeds bij lage temperaturen te samen veel energie af te geven. Indien maar weinig radiatoren aanwezig zijn (of radiatoren met minder verwarmend oppervlak), zoals dat gebruikelijk is wanneer deze in combinatie met vloerverwarming worden gebruikt, zal de watertemperatuur hoger moeten zijn om toch het energieverlies uit het huis te compenseren. Indien de installatie voorzien is van een buiten(temperatuur)voeler zal de control tower zelfstandig de watertemperatuur aanpassen. Dit doet hij aan de hand van de ingestelde stooklijn. Deze stooklijn wordt in eerste instantie door u bepaald wanneer u opgeeft wat voor type installatie u heeft. Daarna kan u handmatig de stooklijn op uw brainthermostaat aanpassen. Indien u de brainthermostaat heeft ingesteld op ADAPTIEF=AAN zal de meest optimale stooklijn worden bepaald. Feitelijk gebeuren er twee dingen. Ten eerste meet de brainthermostaat hoe snel de toegevoerde energie vanuit de brander wordt afgestaan aan de ruimte waar de brainthermostaat geïnstalleerd is. Door deze meting zal het ingesteld verwarmend oppervlak aangepast worden. Daarnaast, en dat is de belangrijkste functie, zal afhankelijk van de buitentemperatuur, de stooklijn (dus de watertemperatuur) worden aangepast. Vandaar dat bij ADAPTIEF=AAN de stooklijn waarde staat te knipperen in de brainthermostaat en niet meer handmatig instelbaar is. Constant zal bij ADAPTIEF=AAN de ideale stooklijn worden bepaald en worden aangepast. Overigens, als u geen buitenvoeler heeft zal de control tower een fictieve buitentemperatuur aanhouden van 0° C. Dat is dus niet optimaal. Kopen dus die buitentemperatuurvoeler!


home­ >atag